(2011). Amsterdam: Arbeiderspers.
Michiel 13-jarige zoon van een veearts ergens in een plattelandsomgeving, wordt verscheurd door het zien van een wandaad van zijn 5 jaar oudere broer Wolf. De laatste bezweert hem zijn mond te houden over wat hij gezien heeft. Michiel laat zich dwingen dit te beloven. Daardoor ontstaat er een interne strijd bij Michiel. Angst voor de consequenties als hij zal spreken, maar ook een diep gevoel van onrechtvaardigheid. Dit wordt ondraaglijk als er een onschuldige de bak ingaat voor de misdaad van Wolf.
Michiel heeft niets gedaan, maar door zijn zwijgen, voelt hij zich meer en meer schuldig.
Tessa de Loo beschrijft de innerlijk strijd van Michiel op een geloofwaardige wijze. De lezer zit in het hoofd van Michiel en volgt zijn zoektocht, die raakt aan filosofische en religieuze vraagstukken. Tessa de Loo laat Michiel nadenken over het geweten, dat dit mensen van dieren onderscheidt en hen ook verantwoordelijk stelt voor hun daden. En brengt hem tot het inzicht dat hij een moreel besluit moet nemen en de moed moet tonen om de consequenties daarvan te dragen. De auteur geeft ook, maar veel minder genuanceerd, inzicht in het gedrag van zijn broer die onderdeel uitmaakt van een jongerengroep, die vooral leeft voor drank en seks. Hij wordt vooral als gewetenloos afgeschilderd.
Je zou dit boek heel goed met een klas oudere jeugd kunnen lezen, om genoemde thema’s in te leiden en er het gesprek over te krijgen.
Het boek boeit. Tessa de Loo laat Michiel iets zien, waardoor hij helemaal overhoop raakt, maar de lezer ontdekt pas gaandeweg wat die gebeurtenis is.
Het boek geeft ook inzicht in hoe ouders hun oudere kinderen opvoeden of beter: niet opvoeden. Ze laten ze vooral vrij en geven ruimte. Zijn bang om grenzen aan te geven.
Tessa de Loo heeft niet veel met christelijk geloof op. God is er vooral voor de mensen die in Hem geloven
De kerk is er voor de momenten van geboorte en sterven. Toch is er rechtvaardigheid en een geweten waardoor de hoofdpersoon met deze waarde wordt geconfronteerd. Dat religie en geloof hier juist de weg naar toe wijst ontbreekt in dit boek. Daardoor blijft Michiel uiteindelijk overgeleverd aan zichzelf en eindigt zijn moeder in een soort wanhopige depressie. Paul een gehandicapte jongen, die goed kan tekenen, is hier misschien nog wel het dichtst bij.
Voor VO-leraren een leerzaam boek, geeft inzicht in hoe jongeren leven en denken, kan hen helpen morele vraagstukken met jongeren aan de orde te stellen. Lijkt me ook een goed boek voor de literatuurlijst van middelbare scholieren.